Martin Carnas bouwt eigen opkweekcapaciteit uit om collega-telers te helpen

Dit Topartikel wordt u gratis aangeboden. Op de hoogte blijven? Meld u aan voor de gratis nieuwsbrief.
„Een paar jaar geleden rommelde het al bij Jongerius. Er vertrok personeel en dat merkte je in de kwaliteit.” Terwijl de kwaliteit terug liep, namen de kosten voor Carnas toe. „De plantenprijs werd hoger omdat ik wat ging minderen in aantallen. En ondertussen kwam ik niet aan mijn kilo’s per plant” vertelt hij. Dat zette Carnas in beweging. Hij besloot zelf zijn volledige opkweek te doen en kocht onder andere een naaldzaaimachine.
Zelf opkweken uit noodzaak
Carnas kweekt op 300 m2 al zijn plangoed zelf op. „Ik moet alleen nog leren enten, daarna ben ik volledig onafhankelijk” zegt hij in een eerder artikel dat in september in Vakblad Ekoland verscheen. „Ik heb een klein bedrijf, eigenlijk konden de investeringen niet uit. In het begin heb ik ook wat voor collega’s gedaan, maar dat viel niet mee.” Hij doelt vooral op de timing: bij warme dagen is het plantgoed sneller klaar dan verwacht, dit komt dan niet altijd overeen met de gewenste leverdatum.
Toch opschalen voor collega’s
Maar met het stoppen van Jongerius is de situatie volledig veranderd. Carnas verwacht dat vooral kleine telers, die minder dan tienduizend planten afnemen, nu nergens meer terecht kunnen. „De grote partijen redden zich wel, maar voor de kleine tuinders wordt het heel lastig” zegt Carnas.
Daarom heeft hij besloten zijn capaciteit uit te breiden om collega-telers te helpen. „De eerste tunnels heb ik besteld. Deze week ga ik met vijf telers om tafel om afspraken te maken. Ik denk dat ik tweehonderdduizend planten kan opkweken.” Carnas had een opkweek capaciteit van 300 m2, met de aanschaf van de twee tunnels wordt deze nu 900m2. Mogelijk later nog wat meer. Er hebben zich bij Carnas nog meer geïnteresseerde telers gemeld. Toch blijft hij voorzichtig: eerst wil hij weten of er niet toch nog een doorstart van Jongerius komt. „Als dat gebeurt, weet ik niet hoeveel ik moet investeren.”
Samen risico dragen
Zijn werkruimte verdrievoudigd, maar vergeleken met het wegvallen van Jongerius blijft het ‘een druppel’. Daarbij heeft Carnas nog niet de routine van een professionele kwekerij. „Timing is heel belangrijk. Jongerius werkte met veel partijen plantgoed; dan konden ze schuiven met planten die eerder klaar waren. Dat kan ik niet. Dus ik geef de telers een zaaidatum en dan weten ze ongeveer wanneer de planten klaar zijn.” In overleg met de telers worden nu afspraken gemaakt over flexibiliteit én het delen van risico’s. „De collega’s zijn daarin gelukkig schappelijk. Anders hebben ze ook niks.”
De eerste veldsla voor collega’s is al gezaaid, volgende week volgt meer. Daarna is het hopen dat de nieuwe tunnels er op tijd staan.
‘We zitten in het zelfde schuitje’
Ondanks de stress bij tuinders ziet Carnas ook een positieve kant. „Het is een verschrikkelijke situatie, maar het is ook mooi dat we elkaar nu opzoeken. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Ik denk dat we er uiteindelijk beter uitkomen.”



