Bollenkweker Voorhout moet toch dwangsom arbeidsmigranten betalen

Uit de einduitspraak blijkt dat de hoogste bestuursrechter het niet eens is met de opvatting van kweker Prins dat het tijdelijk huisvesten van migranten geheel te vergelijken is met toeristen of recreanten in een B&B. De bestuursrechter is het eens met de gemeente dat er nogal een verschil zit tussen het huisvesten van arbeidsmigranten en een B&B.

Behoefte

Arbeidsmigranten verblijven meestal een paar maanden of langer in een kamer of woning en betalen meestal huur per maand. B&B-bezoekers verblijven slechts enkele nachte hoogstens een paar weken en betalen meestal per nacht. Ook in het feit dat er schreeuwende behoefte is aan tijdelijke onderkomens voor migranten vindt de Raad nog geen reden om het gebruik van de B&B voor arbeidsmigranten dan maar goed te keuren.

Al met al was Prins in overtreding en heeft hij te laat acties ondernomen om de migranten elders onder te brengen. Vandaar dat hij alsnog 18.000 euro dwangsom moet betalen. Een andere dwangsom van 6.000 euro tegen het planten van een paar heggen en de aanleg van een inrit is wel van tafel. Behalve dat die verjaard is meent de Raad dat de gemeente die dwangsom niet had mogen opleggen.