Biodiversiteitsmonitor Akkerbouw in de Zuidwestelijke Delta: 'Belonen van duurzame prestaties in de akkerbouw'

Met dit instrument kan de akkerbouwsector concreet laten zien wat er op de bedrijven gebeurt aan duurzame prestaties. De overheid en diverse ketenpartijen zoals Cosun, LambWeston, CZAV en Rabobank ondersteunen deze systematiek. 'Belangrijk element is dat er gestuurd wordt op doelen in plaats van op maatregelen, en dat gestapeld belonen voor prestaties mogelijk wordt. Dat laatste is essentieel voor het creëren van betere verdienmodellen voor agrariërs die duurzamer produceren', schrijft Boerenverstand, betrokken bij het project, in een persbericht.

Motiverend

Centraal staat die Biodiversiteitsmonitor Akkerbouw op basis van een set van Kritische Prestatie-indicatoren (KPI’s). Boerenverstand: 'Beter presteren op deze set aan indicatoren stuurt op meer biodiversiteit, gesloten (stikstof)kringlopen en een duurzamer bodemen waterbeheer. Zo wordt duurzaamheid op het boerenerf meetbaar gemaakt en vormt deze set een basis voor gestapeld belonen vanuit de markt en overheden. Hiermee sluit het project aan op het streven naar meer doelsturen in plaats van het sturen op maatregelen. Een financiële beloning kan, maar ook ruimte in wet- en regelgeving is denkbaar. Bijvoorbeeld in het 7e Actieprogramma Nitraat, waar men nu ruimere bouwplannen verplicht wil stellen. De Biodiversiteitsmonitor Akkerbouw stimuleert juist ruimere bouwplannen stimuleren en dat laten belonen, wat motiverend werkt.'

Naast de drie provincies zijn ook de waterschappen Scheldestromen, Brabantse Delta en Hollandse Delta betrokken bij het project, net als de bedrijven en organisaties BO Akkerbouw, COSUN, LambWeston, Van Oers, FarmFrites, CZAV, (Z)LTO, Delphy, WNF, Rabobank, WUR en Louis Bolk Instituut. Boerenverstand: 'De verduurzaming van de landbouw vraagt van agrariërs de nodige vergroenende maatregelen om zo bij te dragen aan het herstel van biodiversiteit. De mogelijkheid om hiervoor beloond te worden door diverse publieke en private partijen kan leiden tot een aparte economische pijler onder het boerenbedrijf, wat een voorwaarde is voor succes. Immers, extensivering leidt tot productiederving en dus lagere inkomsten, wat gecompenseerd zal moeten worden.'