Melkveehouder Visser vermindert met klei in veen CO2-uitstoot

De methode klei in veenpgrond die melkveehouder Marco Visser toepast, werkt als volgt, aldus de uitleg van CONO. Met een mestverspreider is een laag van een centimeter kleigrond aangebracht op ruim 20 hectare grond. In het voorjaar van 2023 wordt hier nog drie centimeter aan toegevoegd. De kleideeltjes dalen in de veengrond waar deze zich hechten aan veendeeltjes en daarmee de uitstoot van CO2 beperken. Uit metingen blijkt dat in gronden met een hoog kleigehalte minder organische stof afgebroken wordt. Mogelijk verhoogt klei de bodemkwaliteit en draagkracht van veenpercelen, wat voordeel kan opleveren voor de melkveehouderij in veenweidegebieden.
Bodemdaling tegengaan
Visser is enthousiast: „Toen we benaderd werden om mee te doen aan deze pilot hoefde ik niet lang na te denken. We doen mee omdat ik hoop dat ons land door de klei minder droog is en bodemdaling wordt tegengegaan. En natuurlijk om CO2-uitstoot verminderen. De komende jaren gaan we dit ervaren. Wij zijn positief.”
Veengrond robuuster
Klei in veen maakt veengrond robuuster. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat klei zich hecht aan organische stof. Daardoor is organische stof beter beschermd tegen afbraak. Voor veengrond zou dat kunnen betekenen dat bodemdaling wordt tegengegaan en minder CO2 wordt uitgestoten. Het Louis Bolk Instituut gaat vanuit VIPNL gedurende drie jaar onderzoek doen naar onder andere de uitstoot van broeikasgassen, de bodemkwaliteit en biodiversiteit.
Dee projectleiding is in handen van Vereniging Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer Water, Land & Dijken. Projectpartners zijn CONO Kaasmakers, Provincie Noord-Holland en het Veenweide Innovatieprogramma NL (VIPNL).
Beeld: CONO Kaasmakers