Van mestfraude verdacht bedrijf mag van rechter voorlopig door

Dit bleek donderdag bij de Raad van State. De provincie Utrecht die de omgevingsvergunning heeft ingetrokken onderneemt voorlopig geen actie tegen het bedrijf, zo werd toegezegd. Naar verwachting in december heeft de Raad van State einduitspraak gedaan. Dan zal blijken of het visbedrijf open blijft of dicht moet.

Vervalste papieren

A. van de Groep en Zonen zou digestaat als meststof hebben verkocht aan landbouwers. Digestaat is het overblijfsel van visafval en oud voedsel dat in de vergistingsinstallatie van Van de Groep wordt vergist voor het opwekken van biogas. Het is niet geschikt als meststof maar zou met vervalste papieren zijn verhandeld of uitgereden. Ook boeren zijn door het openbaar ministerie gedagvaard. Bestuurder Joost de Jongh van Van de Groep en Zonen zei donderdag dat de inhoudelijke strafzaak nog niet is geweest. De strafvervolging sleept al vier jaar. Hij reageerde verheugd op de toezegging van de provincie dat voorlopig geen actie wordt ondernomen tegen het familiebedrijf Van de Groep.

Einde verhaal

De vergunning die de provincie heeft ingetrokken hoort bij de vergistingsinstallatie. Volgens de advocaat van Van de Groep komen door de intrekking alle bedrijfsonderdelen stil te liggen en betekent dat einde verhaal voor het hele concern. Ook de separate ondernemingen Fish Processing en Ramses kunnen zonder de vergunning niet geëxploiteerd worden. Bij het hele bedrijf werken 55 mensen in loondienst. Voorzieningenrechter Sylvia Wortmann woog de belangen af en polste de provincie of de zaak nog een paar maanden op zijn beloop kan. Het provinciebestuur stemde toe onder de voorwaarde dat de bodemzitting nog dit jaar bij de Raad van State op de agenda komt. Dat wordt november.