Droogstand: onderschat het niet!

Inmiddels weet bijna iedere veehouder wel dat het droogstandsrantsoen moet voldoen aan 800-850 VEM en 120-140 Ruw Eiwit per kg droge stof, maar om het droogstandsrantsoen ook werkelijk op dit niveau te krijgen is het soms nog een hele uitdaging. Vooral met de eiwitrijke kuilen van afgelopen jaar. Denk hierbij ook aan het hoge kaliumgehalte in deze kuilen. Dit vergroot de kans op het krijgen van melkziekte na afkalven, de kationanion balans is dan uit verhouding.
Kationanion balans
De kationanion balans (KAV) staat voor de verhouding tussen positief geladen mineralen en negatief geladen mineralen. Bij meer positief geladen mineralen wordt tijdens de droogstand het calciummechanisme (mobilisatie van calcium vanuit de botten) in de koe weinig gebruikt. Dit leidt tot een lui mechanisme waardoor de calciumvoorziening voor en na het afkalven te laag is voor de koe. Het gevolg is (slepende) melkziekte bij de koeien die net afgekalfd hebben. Om die reden willen we de kationanion balans laag houden, maximaal +300 per kg ds. Omdat Kalium een sterk positief geladen mineraal is en dus de KAV sterk verhoogt willen we Kalium zo laag mogelijk houden in het droogstandsrantsoen. Herfstkuil met hoog Kalium past dus niet in een droogstandsrantsoen! Om de KAV te verlagen kunt u specifieke voeders gebruiken voor het laatste deel van de droogstandperiode. Ook is het mogelijk te sturen met een mineralenmengsel.