'Vleeskuikenconcepten groeien van 7 naar 15 procent'

Dat vertelde pluimveemarktanalist Nan-Dirk Mulder van de Rabobank woensdagavond 20 juni tijdens de Pluimveeweb thema-avond Markt en Ondernemen voor vleespluimveehouders in Utrecht. De vraag naar dierlijk eiwitten neemt de komende 20 jaar met 40 tot 45 procent toe. Pluimveevlees en eieren zijn hier de winnaars met 60 en 50 procent groei, zegt Mulder. Dit komt mede doordat pluimveevlees en eieren naast het feit dat het de goedkoopste dierlijke eiwitten zijn er ook in tegenstelling tot bijvoorbeeld varkens- en rundvlees geen religieuze beperkingen kent

90 procent van de stijgende vraag naar dierlijke eiwitten komt uit ontwikkelinglanden, waarvan 65 procent uit Azi In Aziatische landen zoals China en India is nauwelijks landbouwgrond beschikbaar mede doordat de landen zeer dichtbevolkt zijn. Daardoor moeten deze landen de komende jaren meer vlees en eieren importeren.

De pluimveemarktanalist ziet vleesvervangers niet als grote bedreiging voor Nederlandse pluimveehouders op de korte tot middellange termijn. Het aandeel van vleesvervangers is momenteel wereldwijd kleiner dan 0,5 procent van de wereldwijde eiwitconsumptie. Wel verwachten wij dat dit aandeel de komende jaren stijgt, mede doordat een aantal start up projecten waarin thans fors gevesteerd in de markt zal komen.

Vechten om kuikens

Polen is uitgegroeid tot serieuze concurrent van Nederlandse vleeskuikenhouders. Polen is in een paar jaar uitgegroeid tot grootste exporteur van pluimveevlees in de EU. Momenteel worden er zeven nieuwe vleeskuikenslachterijen gebouwd waar de kip ook verwerkt gaat worden, vertelt Mulder. De personeelskosten liggen in Polen veel lager dan in Nederland of Duitsland. Daar ondervinden met name slachterijen nadelen van omdat die in tegenstelling tot vleeskuikenhouders veel personeel in dienst hebben.

Maar door de stijgende vraag naar kip wereldwijd en in Europa en door de huidige krapte aan reguliere vleeskuikens in Nederland en Duitsland is Mulder positief over de toekomst voor Nederlandse vleeskuikenhouders. Door de komst van de concepten is het aantal vleeskuikens in Nederland gedaald. Bovendien schakelen in Duitsland veel vleeskuikenhouders om naar de Initiative Tierwohl waardoor ze maximaal 35 kilo in plaats van 39 kilo vleeskuikens per meter mogen houden. Daardoor daalt het aanbod van reguliere vleeskuikens in Duitsland. Bovendien is het in Nederland vanwege de pluimveerechten en in Duitsland, waar het vrijwel onmogelijk is een vergunning te krijgen, vrijwel onmogelijk om uit te breiden. Wij denken dat de krapte aan vleeskuikens in beide landen de komende jaren blijft bestaan. Daardoor moeten slachterijen blijven vechten om hun haken vol te krijgen. Dat is positief voor de vleeskuikenprijzen, stelt Mulder.

Europeaan eet weinig kip

De kipconsumptie in de EU steeg de afgelopen jaren met 1 procent per jaar. Europeanen eten minder varkens- en rundvlees en iets meer kip. Wij verwachten dat de kipconsumptie in de EU licht blijft groeien.

Vergeleken met landen zoals Israel (58 kilo) en de Verenigde Staten (48 kilo) eten Europeanen (22 kilo) jaarlijks gemiddeld weinig kip. De Europese kipconsumptie is laag in vergelijking met landen in de rest van de wereld. Door een goede marketingcampagne kan de Europese kipconsumptie aanzienlijk stijgen. Daar liggen veel kansen, benadrukt Mulder.

Dierenwelzijn monitoren

Door middel van innovatie kan de Nederlandse vleespluimveesector zich onderscheiden van Polen. Ontwikkel bijvoorbeeld een monitoringssysteem om dierenwelzijn te monitoren en communiceren. Zoiets toepassen, zie ik in Polen nog niet zo gauw gebeuren, waardoor je als sector weer een streepje voor hebt, antwoordde Mulder na een vraag uit het publiek.

Een voordeel vindt hij dat wereldmarktleiders zoals Plukon, De Heus en Vencomatic in Nederland gevestigd zijn. Door de aanwezigheid van wereldmarktleiders in onderzoek en periferie heeft de sector altijd voorop gelopen met innovaties. Wanneer we dat in de toekomst blijven doen, blijft de sector de leidende positie wereldwijd houden. Wij zijn daarom positief over de vooruitzichten voor de Nederlandse vlees- en legpluimveehouders. Big data, robotics, smartfarming en genomics bieden de komende jaren kansen voor de sector.