Focus op de stikstofgevoelige natuurgebieden
Voorrang vijf gebieden bij afronding NNN Noord-Holland

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben gisteren de nieuwe NNN-realisatiestrategie vastgesteld. Daarin valt te lezen hoe de provincie het NNN wil afronden. Dit doet de provincie door gronden aan te kopen van particulieren, pachters te ontpachten, de grenzen van het netwerk te verleggen, kavels te ruilen en subsidies te geven voor natuurontwikkeling en -beheer. Vijf gebieden krijgen voorrang.
Meest urgent
In deze vijf gebieden met kwetsbare, stikstofgevoelige (moeras)natuur is natuurherstel volgens Noord-Holland het meest urgent. Dat zijn de Oostelijke Vechtplassen, Polder Westzaan, Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske (IVOT), Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder en Eilandspolder. In deze gebieden zet de provincie meer personeel in om het NNN hier af te ronden. In de andere gebieden wordt minder personeel gezet, maar ondersteunt de provincie wel initiatieven van andere organisaties om natuur te ontwikkelen.
Binnenduinenrand
‘Met name de binnenduinrand heeft een hoge natuurpotentie’, aldus de provincie. ‘Daar wordt 300 hectare extra NNN aangelegd, zoals aangekondigd stond in het coalitieakkoord van de provincie. Dit vraagt om een gedeeltelijke verlegging van het NNN.’ Op andere plekken gaat er 300 hectare af, omdat de provincie heeft afgesproken dat de totale oppervlakte van het natuurnetwerk gelijk blijft. Het NNN in Noord-Holland is in totaal 56.583 hectare groot. 52.204 hectare daarvan is gerealiseerd, oftewel ingericht als natuur. 4.379 hectare moet nog worden ingericht.
Kavelruil
In de focusgebieden zet Noord-Holland in op kavelruilen om gronden voor het NNN op de juiste plek beschikbaar te krijgen. ‘Dit moet eveneens leiden tot het verbeteren van de agrarische structuur, zodat gronden voor – blijvende – (melk)veehouders zoveel mogelijk gebundeld zijn. Zodat er grote huiskavels ontstaan en weinig tot geen veldkavels. Daarmee blijft de bedrijfsvoering efficiënt en beperken we het aantal verkeersbewegingen van agrarische voertuigen op de openbare wegen.’
Herbegrenzingen natuurnetwerk
Volgens Noord-Holland zijn sommige stukken grond kansrijker om dieren en planten te beschermen dan andere stukken grond. Percelen binnen het NNN waarvan beoordeeld wordt dat deze weinig ecologische waarde hebben, kunnen uit het natuurnetwerk worden gehaald (ontgrensd) in ruil voor een stuk grond dat even groot is en meer ecologische waarde heeft.
Wijziging subsidies
In de focusgebieden zijn de meeste kansen voor natuurherstel, stelt de provincie verder. ‘Natuur en agrarisch beheer zijn daar niet te combineren. Vandaar dat de subsidie voor Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) per 1 januari 2029 stopt in de focusgebieden binnen het NNN en op pachtgrond. Na die datum kan voor natuurbeheer aanspraak worden gedaan op de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer (SVNL).’
De afronding van het NNN zou voor een groot deel gefinancierd worden door het Transitiefonds van het Rijk. ‘Toen dit Transitiefonds wegviel, dreigde de realisatie van NNN deels stil te vallen’, meldt Noord-Holland verder.
200 miljoen extra
In mei maakten Gedeputeerde Staten via de meerjarenbegroting 2026-2029 bekend 200 miljoen euro extra te investeren in voortzetting van NNN-realisatie. ‘Dit is een belangrijke investering, maar nog niet genoeg om alle grond binnen het netwerk tot natuur te ontwikkelen.’ Begin november besluiten Gedeputeerde Staten over waar en wanneer exact geld wordt ingezet voor NNN-realisatie.

Tekst: Erik Kruisselbrink
Is als freelance vakbladredacteur van vele markten thuis.
Beeld: Agrio archief