Minder aardappelen naar de verwerking

Van de 339.500 ton aardappelen die in oktober in Nederland voor verwerking beschikbaar was, ging 145.000 ton in aardappelproducten en 36.500 ton in andere vormen van aardappelverwerking. Vorig jaar bedroeg dit respectievelijk 155.400 ton en 30.200 ton. Daarmee ging er in oktober 6,7 procent minder in voorgebakken aardappelen, terwijl er juist 20,9 procent meer tot andere producten werd verwerkt. Daarmee breekt oktober met de trend in de voorgaande maanden, toen er telkens minder in andere verwerking ging als in 2016.
Voortschrijdend totaal
Van 1 november 2016 tot en met 31 oktober van dit jaar – precies één jaar – waren in totaal 4.052.900 ton aardappelen beschikbaar voor verwerking. Over dezelfde periode vorig jaar bedroeg dat volume 3.858.500 ton. Dat is een toename van 5 procent. Het aandeel van het totaal dat werd voorgebakken daalde in deze periode van 1.877.500 ton naar 1.814.300 ton, een afname van 3,4 procent. Hoewel andere vormen van verwerking sinds april 2017 een opwaartse lijn vertonen, is ook in het voortschrijdend totaal het totaalbeeld over een vol jaar (november 2016 t/m oktober 2017) er een van afname: van 368.400 ton naar 359.300 ton.
Kalendertotalen
Kijkend naar het kalenderjaar kwam er dit jaar vanaf 1 januari tot en met 31 oktober in totaal 3.368.700 ton aan aardappelen beschikbaar. Dit is een tikje meer dan in 2016, toen de teller voor deze periode op 3.203.800 ton bleef steken. Ondanks een groter aanbod is er in deze 10 maanden zowel minder verwerkt tot voorgebakken als tot andere vormen van verwerking. Van het totaal van 3.368.700 ton werd tot en met eind oktober 1.522.000 ton verwerkt tot voorgebakken (45,2 procent) en 289.600 ton tot overige producten (8,6 procent). Vorig jaar bedroegen deze aandelen respectievelijk 49,6 procent en 9,5 procent.
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: Akkerwijzer